Terugblik eindconferentie LIFE IP All4Biodiversity

Versterkte natuur in elk gebied versterkt de biodiversiteit in heel Nederland

Het zesjarige LIFE IP All4Biodiversity-programma laat zien hoe biodiversiteit het beste versterkt kan worden: door uit te gaan van het gebied zelf, gezamenlijke doelen te formuleren, samen te werken op maat en maatregelen te nemen die passen bij de lokale omstandigheden. Sinds 2020 zijn op verschillende plekken in Nederland waardevolle ervaringen opgedaan die laten zien wat wérkt in de praktijk.

Op 20 november vond in Katwijk het eindevenement van het programma plaats. Naast een plenaire presentatie van de belangrijkste resultaten en enkele interessante sprekers, was er een markt waar verschillende LIFE-IP-partners zich presenteerden. Ook vonden er acht workshops plaats waarin deelnemers zich konden verdiepen in specifieke thema's, waaronder het opzetten van gebiedsprocessen, klimaatadaptief bermbeheer voor biodiversiteit en verkeersveiligheid, en de Brabantse Biodiversiteitsmonitor Melkveehouderij. Hieronder staan de verslagen van deze workshops.

Workshops

  1. Het opzetten van gebiedsprocessen – provincies Gelderland, Limburg en Friesland 
  2. Brabants bodem & de Brabantse Biodiversiteitsmonitor Melkveehouderij – Provincie Noord-Brabant
  3. Klimaatadaptief bermbeheer voor biodiversiteit en veiligheid – Ministerie I&W 
  4. De rol van vrijwilligers bij Basiskwaliteit Natuur - Vogelbescherming
  5. Stapsgewijs van belemmerende wet- en regelgeving voor natuurinclusieve landbouw naar Juridische Ruimte – Ministerie LVVN 
  6. Aanvalsplan Landschap: op naar 10% groenblauwe dooradering in Nederland – Deltaplan Biodiversiteitsherstel
  7. Rotterdam de Boer op - Natuurmonumenten
  8. Excursie: terreinbezoek De Mient Kooltuin en Groene Zone – provincie Zuid-Holland


De eindconferentie was ook het moment waarop de stuurgroep LIFE IP All4Biodiversity het stokje overgaf aan de Stichting Deltaplan Biodiversiteitsherstel, die zich ervoor inspant om alle ervaring te borgen en om te zetten in beleid. Zodat ook in de toekomst alle betrokken partijen bij het inrichten, beheren en gebruiken van de openbare ruimte elkaar blijven vinden om samen bij te dragen aan versterking van de biodiversiteit.

 

Maatschappelijke oplossing 

Arno Bonte, gedeputeerde Provincie Zuid-Holland en voorzitter van de stuurgroep LIFE IP All4Biodiversity, vatte de ervaringen van het zesjarige programma in drie punten samen: “Veranker gezamenlijke gebiedsprocessen in beleid en heb oog voor eigenaarschap van onderaf, dus vanuit de mensen die in het gebied leven”, vertelde hij de aanwezigen in Katwijk. “Daarnaast moet het belonen van maatregelen die de biodiversiteit bevorderen de norm worden en niet de uitzondering. En ten derde moeten we structureel investeren in kennisnetwerken en collectieven. Dat zijn de drie belangrijkste punten die ik wil meegeven aan het Deltaplan Biodiversiteitsherstel.” 

Aan het eind van de dag, droeg Bonte formeel het stokje over aan Louise Vet, voorzitter van het Deltaplan Biodiversiteitsherstel, door haar het eerste exemplaar te overhandigen van het rapport waarin alle activiteiten van dit zesjarige programma staan, met de resultaten, de inzichten en de aanbevelingen. “Biodiversiteitsverlies is een maatschappelijk probleem en dat heeft een maatschappelijke oplossing nodig”, zegt Vet. “Dat lukt alleen door samenwerking. Dat is de basis van waaruit het Deltaplan is opgezet en van daaruit kunnen we de resultaten en netwerken van LIFE IP All4Biodiversity goed in onze werkzaamheden integreren.” 


Gebiedseigen aanpak 

Daarbij wijst Vet naar de diverse toolboxen op de website van het Deltaplan, die de praktijkkennis bundelen in goed bruikbare informatie en hulpmiddelen voor partners die in gebieden samenwerken aan herstel van natuurwaarden en versterking van de biodiversiteit. Als het aan landschapsarchitect Jannemarie de Jonge ligt, zijn die partners afkomstig uit het gebied zelf en werken zij samen aan een gedeelde missie. “Ik noem dat een gebiedseigen aanpak in een proces dat erop is gericht dat de deelnemers voortdurend van elkaar en met elkaar leren”, zegt De Jonge, die ook ambassadeur is van het Collectief Natuurinclusief, tijdens haar presentatie in Katwijk. “Zo werken we vanuit het Collectief Natuurinclusief ook samen met het Deltaplan.” 

Het sluit naadloos aan op de aanbevelingen van stuurgroepvoorzitter Bonte, die op basis van de ervaringen van LIFE IP All4Biodiversity wijst op het belang van kennis delen en in samenwerking met mensen die in het betreffende gebied wonen. “Mensen willen veranderen, maar ze willen niet veranderd worden”, vertelt De Jonge de aanwezigen. “Een gebiedseigen aanpak met een gedeelde missie zet de energie en de talenten van mensen uit het gebied in, en verbindt lokale opgaven aan het grotere geheel van maatschappelijke doelen, waaronder het Natuurnetwerk Nederland (NNN). Zo’n gedeelde missie is als een pad in de mist. Je weet niet precies hoe je bij je doel komt. Alle betrokkenen houden elkaar op gang en iedereen leert ervan, inclusief de vertegenwoordigers van de overheid.” 


Natuur topprioriteit 

Gebieden hebben meerdere functies. Er vindt landbouw plaats, maar er is ook woningbouw nodig, de aanleg van veilige en goed beheerde wegen en tal van andere functies die allemaal van invloed zijn op leefbaarheid en biodiversiteit. Om die vele functies te dienen, mag er bij de ruimtelijke inrichting van Nederland geen concessie worden gedaan aan de natuur. Dat is de stelling van Tim van Hattum, programmaleider van Green Climate Solutions van Wageningen University & Research en auteur van de boeken ‘Only Planet’ en ‘Klimaatkampioen’, tijdens zijn presentatie op de eindconferentie. “Een gezond, natuurlijk systeem heeft de allerhoogste prioriteit, maar dat zijn we vergeten. Met als gevolg klimaatverandering die voor gigantische overstromingen en bosbranden zorgt, en een sterke afname van biodiversiteit. Dit zijn de grootste risico’s voor de wereldeconomie.”

Hoewel bijna 90 procent van de wereldbevolking zich volgens Van Hattum zorgen maakt, maar zich ook machteloos voelt, zal de boodschap van onheilsprofeten niet landen bij de massa. Wereldwijd en dus ook in Nederland is volgens de klimaatwetenschapper een nieuw en hoopvol verhaal nodig dat aanzet tot actie en waarbij we ook in onze kwetsbare delta een land ontwerpen en een samenleving bouwen met een gezond natuurlijk systeem als fundament. “Daar heb je grote, veerkrachtige natuurgebieden met veel biodiversiteit voor nodig, die met elkaar in verbinding staan”, zegt hij. “Water moet de ruimte krijgen en landschappen moeten als een spons water opnemen in natte tijden en vasthouden voor droge periodes. Voedsel produceren we natuurinclusief, dus in balans met natuurlijke systemen en een gezonde bodem. Onze steden bouwen we klimaatadaptief, liefst op hoger gelegen gebieden. Ze zijn groen, gezond en bestand tegen hittestress. We gaan zo min mogelijk energie gebruiken en creëren een circulaire economie. De energie die we gebruiken, is hernieuwbaar. Dit alles vormt het positieve verhaal van een gezonde leefomgeving als basis voor onze gezondheid en ons welzijn. De sleutel daarvoor is meer verbinding met de natuur en het herstel van biodiversiteit.” 


Concurrentiekracht 

De opvatting van Van Hattum dat de natuur de basis moet zijn van ons economische systeem, steunt Louise Vet van harte. “Als wij er in Nederland in slagen om een systeem te ontwerpen waarin we duurzaam voedsel produceren, terwijl we ook de biodiversiteit op hoog niveau krijgen, dan zijn we – net als in het verleden met de Deltawerken – een voorbeeld voor de wereld”, aldus de voorzitter van het Deltaplan Biodiversiteitsherstel. “Dit is economisch van waarde en het versterkt de concurrentiekracht van Nederland en – als we dit Europees oppakken – van de Europese Unie als geheel.” 

Vet reageert daarmee op een eerdere spreker, Europarlementariër Jeannette Baljeu, die de zorg voor de internationale concurrentiepositie van Europa aanhaalt als context voor de Brusselse budgetdebatten. Het Europese LIFE IP heeft All4Biodiversity sinds 2020 financieel mogelijk gemaakt, maar een vervolgfinanciering is volgens Baljeu ongewis. ‘Hoe dan?’ is de vraag die de Brusselse bestuurders zich volgens de Europarlementariër stellen. “Een lastige zaak, die geldkwestie”, zegt ze. “Veel fondsen zijn in elkaar geschoven en er gaat veel geld naar versterking van de Europese concurrentiekracht. Voor de noodzakelijke transitie naar groenere en duurzamere productiesystemen is steun mogelijk, maar daarna moeten sectoren zelfstandig verder kunnen. Dit is een kans voor het bedrijfsleven.” 

De ervaring van LIFE IP All4Biodiversity in Nederland ziet Baljeu als aanmoediging voor lokale beleidsmakers en bedrijven om voorbeelden van succesvolle, natuurinclusieve verdienmodellen in te zetten om Europese politici te overtuigen van steun om het bedrijfsleven in staat te stellen om die kansen ook te benutten. 


Natuurinclusieve samenleving 

Op nationaal niveau trapt topambtenaar Marc Roskam Abbing af met het bekende verhaal over het stikstofslot dat alle activiteiten stillegt en de druk op biodiversiteit en waterkwaliteit, waardoor het ook in Natura 2000-gebieden niet goed gaat. “Ook het nieuwe kabinet gaat die problemen niet in één termijn oplossen”, zegt de directeur-generaal Landelijk Gebied van het Ministerie van LVVN. “Mensen die gewoon doorbuffelen, samen projecten doen en daarvan leren. Dát is nodig en daarmee moeten we doorgaan. Extra fondsen voor natuurherstel, zoals agrarisch natuurbeheer, gaan ons helpen om in gebieden verdienmodellen voor boeren te ontwerpen die bijdragen aan een natuurinclusieve samenleving. Ik hoop dat het nieuwe kabinet daar een nieuwe impuls aan geeft.” 

Het netwerk van LIFE IP All4Biodiversity blijft bestaan en dat is volgens Roskam Abbing belangrijk om de komende jaren onder de vleugels van het Deltaplan biodiversiteitsherstel per gebied te blijven samenwerken. “Daarbij moet de Rijksoverheid transparantie bieden over de randvoorwaarden met consistente wet- en regelgeving”, aldus de topambtenaar. “Wij willen experimenteerruimte bieden en het is aan de bedrijven om die te benutten. Kennis vanuit de pilotprojecten van All4Biodiversity moeten we borgen en de resultaten moeten we delen. Elke samenwerking in al die gebieden samen maakt de lange adem om stap voor stap te verbeteren. Het echte werk gebeurt in het veld, niet aan de onderhandelingstafel.” 

Toch heeft Roskam Abbing vertrouwen dat het ook aan die onderhandelingstafel goedkomt: “Zo’n verdienmodel voor natuurinclusieve melkveehouders in Noord-Brabant, dat is toch een prachtig voorbeeld? Zulke samenwerking moet je als overheid stimuleren. Ik hoop dat een nieuw kabinet veel geld zal uittrekken voor zo’n gebiedsaanpak. Gezien de verkiezingsprogramma’s van verschillende partijen, ben ik daar optimistisch over.”
 

Panelgesprek 

Ter afsluiting van de eindconferentie vond er een panelgesprek plaats o.l.v. dagvoorzitter Lucas de Man over succesvolle samenwerkingen tussen overheid, bedrijven en de samenleving voor biodiversiteitsherstel. Aan het panel namen deel: David Kleijn (WUR), David van Zelm van Eldik (min. VRO), Josan Meijers (Gebiedsprogramma Maasheggen), Frank de Wit (Melkveehouder en voorzitter Agrarisch natuurcollectief Water, Land en Dijken). Via onderstaande knop lees je het verslag.

Meer over het panelgesprek